Omleidingen bij wegenwerken zijn martelingen voor het gewoontebeest in ons. Sommigen zijn 10% beest, anderen 90%. Gewoontes en omleidingen zijn water en vuur. Gisteren 14 mei was aan de infrastructuur duidelijk leesbaar dat het jaagpad van de Bovenschelde zou afgesloten worden ter hoogte van de werf Louisa D’Havébrug. De afsluitingen stonden klaar. Het zwaar materiaal was aangekomen:



Het tijdelijk knippen van autoluwe fietsroutes is extra gevoelig. De gewoontebeesten op deze routes zoeken vaak het autoluwe vanuit emoties, zoals angst voor autoverkeer. Of zijn op zoek naar een vorm van rust. Achterop deze twee tandems fietsen mensen met een beperking:

Om een fietsbrug te bouwen heb je de oevers nodig. Die brug bouw je niet zonder hinder. Dan is het een kwestie om de hinder te beperken, en in tussentijd geen mensen van de fiets te jagen. Fietsers hebben meer detailzorg nodig dan automobilisten. Een blokje om moet even veilig zijn als het origineel. En bijna even comfortabel. Het blokje om moet ook helder leesbaar zijn. Vandaag 15 mei, op dag 1 van de knip in dit jaagpad, lijkt het dat de werfbeheerder een tand mag bijsteken. Het omleidingsweggetje heeft haakse bochten, en zal snel degeneren. Hier gaan fietsers vallen:

Ik denk niet dat de omleiding sluitend met pijlen aangeduid is. Wie er de omgeving kent en goed is in oriëntatie weet dat de omweg klein is. Een simpele geplastifieerde A3 met een helder omleidingsplan kan dit aan iederéén duidelijk maken.

Gisteren hier ook gepasseerd: inderdaad ondermaatse omleiding: grintpad dat niet genoeg aangedrukt is en ontbrekende pijlen.