Drive-in of schoolstraat

Schoolomgevingen halen het nieuws pas na een dodelijk ongeval. Dan lees je commentaren zoals deze. Deze column van David De Pue verscheen afgelopen winter in Frontaal, het driemaandelijks magazine van het Gents Milieufront.

Tussen mijn Gentbrugse huis en mijn Ekkergemse werkplek ligt een fietstraject van vijf kilometer, dwars door het stadscentrum. Geen verkeerslichten onderweg, maar wel een aantal kruispunten waar ik moet opletten niet van de straat te worden gemaaid door zwaardere jongens op de weg. Het Sint-Annaplein is zo’n plaats. Gelukkig hebben fietsende forensen het voor het zeggen in andere straten, zoals aan de Visserij, waar de rode loper voor hen is uitgerold. Daar blijven de wagens netjes achter de rijwielen.

Onderweg naar het werk kom ik voorbij een aantal scholen. De basisschool van Nieuwen Bosch, in de Tweebruggenstraat, is er één van. De school waar niet alleen de Gentse Nobelprijswinnaar Literatuur Maurice Maeterlinck, maar ook ondergetekende, hun eerste jaren onderwijs genoten. Een respectabele instelling die teruggaat op een nonnenklooster, waar de barokke kapel met haar sierlijk torentje nog van getuigt. Toen ik er in mijn grijs uniformpje rondliep stonden de laatste stokoude nonnetjes op het punt met Onze-Lieve-Heer te worden verenigd. Het was rond die tijd, midden jaren negentig, dat het schoolbestuur de onbezonnen beslissing nam een ‘drive-in’ aan te leggen. Sindsdien rijden auto’s af en aan op het schoolterrein, waarbij de mooie abdijtuin steevast wordt ontwijd. Het zorgt voor wat extra fijn stof in kinderlongetjes. Verrassend veel ouders komen er hun kroost met een luxewagen afzetten. Sommigen zelfs met een 4×4, alsof het Gentse stratennet er zo slecht aan toe is dat er rally’s op georganiseerd kunnen worden. Elke auto die van de drive-in gebruik maakt kruist het tweevaksfietspad van de Tweebruggenstraat tweemaal. Aangezien dit één van de drukste fietsassen van de stad is laat het gevolg zich raden: pure verkeerschaos. De website van de school vermeldt het volgende: ‘Voor de veiligheid en om alle parkeerproblemen te vermijden beschikt de school over een uniek drive-in systeem voor het afzetten en ophalen van de kinderen’. Uniek in zijn stupiditeit.

02dec16, Tweebruggenstraat
02dec16, Tweebruggenstraat
21okt16, Tweebruggenstraat
21okt16, Tweebruggenstraat
21okt16, Tweebruggenstraat
21okt16, Tweebruggenstraat
21okt16, Tweebruggenstraat
21okt16, Tweebruggenstraat
01feb17, Tweebruggenstraat
01feb17, Tweebruggenstraat

Dat er anno 2016 wijzer over mobiliteit wordt gedacht bewijst de Montesorrischool Klimop in de Theresianenstraat, waar ik langskom net voor ik de steilste fietsersbrug van Gent, over de Coupure, moet bedwingen. De Theresianenstraat is een zogenaamde schoolstraat: rond het begin en het einde van elke schooldag wordt de straat afgesloten voor gemotoriseerd verkeer. Een vrijwillige ouder of leerkracht van dienst houdt het verkeer op de Coupure Rechts tegen als er fietsers of voetgangers de straat kruisen en de schoolstraat inslaan. Het is er niet enkel veiliger, maar ook beduidend gezelliger dan aan de schoolpoort van Nieuwen Bosch. Nadat de kindjes uitbundig de speelplaats zijn opgerend kunnen de ouders er gezellig bijpraten. Ik kijk uit naar het moment dat ook Nieuwen Bosch voor een ambitieus en bijdetijds mobiliteitsplan kiest.

25 jaar fietsen in Gent

Vandaag stelt het Gentse stadsbestuur het nieuwe Mobiliteitsplan voor.
Daarover publiceren we deze middag een open brief.
Op vraag van de Gentenaar formuleerde Fietsersbond Gent deze verwachtingen:

‘Het nieuwe mobiliteitsplan moet vooral zorgen dat alles in Gent bereikbaar is met de fiets. Het STOP-principe (stappen, trappen, openbaar vervoer en dan pas auto) moet het uitgangspunt zijn. Autoverkeer moet worden geknipt op de fietsassen en elk adres in Gent moet veilig bereikbaar zijn met de fiets. Fietsroutes moeten als een spinnenweb de stad en de rand- en buurgemeentes verbinden. Stations, ziekenhuis en scholen moeten centraal staan in de fietsassen. Het hele gebied binnen de stadsring zou een zone 30 moeten worden, net zoals de woonkernen die buiten de R40 liggen. Duidelijke zones met snelheidsbeperkingen van vijftig en zeventig per uur daarrond moeten maken dat de snelheidsmatiging geen dode letter blijft. Bij elke steen die verlegd wordt in Gent, moet er ook een fietstoets worden gedaan. We hopen dat de principes van het bestuursakkoord worden doorgevoerd.’

Onderstaand artikel van Eva Van Eeno verscheen in het meest recente nummer van Frontaal, tijdschrift van het Gents Milieu Front

De Fietsersbond: wat begon als een “zootje ongeregeld” – toenmalige burgemeester Gilbert Temmerman noemde de Fietsersbond ooit “terroristen” en fietsers “zelfmoordenaars” – is uitgegroeid tot een respectabele partner in het mobiliteitsveld. Gent is nog steeds niet de fietsstad waar we van dromen, maar het gaat vooruit. En de ommekeer is definitief. Fietsersbond Gent is intussen 25 jaar aan het trekken en sleuren om het fietsklimaat in onze stad te verbeteren.

Jan Cnops en Winfried Huba waren er van het begin bij en herinneren zich een erg geslaagde actie: “Op gegeven moment werd de Zuidstationstraat afgesloten in richting Zuid voor alle verkeer behalve voor de bussen, terwijl dit een belangrijke verbinding is voor fietsers. We mobiliseerden allerlei scholen en verenigingen aan beide kanten van de Zuidstationsstraat: van de Vooruit tot aan de Sociale Hogeschool bij Sint-Anna. Zij tekenden een open brief om de straat terug open te stellen voor fietsers in beide richtingen. Op een late namiddag verzamelden een honderdtal fietsers aan de Hogeschool: de stoet vertrok een begon het Sint Anna-Plein rond te fietsen. Helaas mochten we niet naar het Zuid, dus bleven we maar rondjes rijden; en meteen was er geen ander verkeer meer mogelijk. Eindelijk hing een stoute fietser een zelf gemaakt onderbordje op dat het voor fietsers toestaat om wél die richting in te slaan. En de massa ging richting Zuid. De volgende dag bleek het DIY-bordje vervangen door een officiële uitgave. ‘Toeval’ zei de stad, was al lang gepland.”

Ook de recente acties aan de Dampoort, waarbij we een rijstrook bezetten, bleef niet zonder gevolg: de wegbeheerder schrapte de rijstrook, en zo werd de Land Van Waaslaan oversteken ietsiepietsie veiliger.

15april13, 17u49, Land Van Waaslaan
15april13, 17u49, Land Van Waaslaan

De Fietsersbond is evenwel meer dan een ad hoc actiegroep. We denken mee over de mobiliteit in de stad. Als ervaringsdeskundige fietsers kan de Fietsersbond nuttige info en inzichten bieden aan de stadsdiensten. Dat gebeurt ook. Zowel bij het Mobiliteitsbedrijf als met schepen Watteeuw gaat de Fietsersbond regelmatig op de koffie. Het blijft trouwens niet bij koffiedrinken: samen fietsen door de stad, knelpunten en sterke punten aantonen is minstens even zinvol. We denken ook op lange termijn: welke opportuniteiten zijn er langs spoorwegen, langs nog te verkavelen stukken braakliggende grond in de stad…

25 jaar carrière bij Fietsersbond Gent, dan zie je wel iets veranderen. Jan: “Het langzaam (nu ja, dat had sneller gemogen) groeien van de evidentie van de fiets als vervoersmiddel. De cijfers van het groeiend fietsgebruik, de fietsvriendelijkheid van instanties die niet voornamelijk met fiets en mobiliteit bezig zijn (dank u bakker op de hoek met de fietsbeugel).”

Fietsen is dus helemaal en overal doorgedrongen? Euh, neen. Zelfs bij recente projecten werd er amper rekening gehouden met de fiets, en dat leidt tot grote frustratie. Jan: “Hoe men bij de aanleg van nieuwe of vernieuwde infrastructuur de kans verkijkt om er iets goeds van te maken. Door onkunde (fietsbrug Snepkaai), onwil (The Loop) of onverschilligheid (Maaltebrug).” Nochtans is dit simpel op te lossen: “Door een algemene fietstoets in te voeren kan je dergelijke toestanden vermijden.” Een fietstoets houdt in dat bij elk project van heraanleg of nieuwe aanleg nagaat wat er voor fietsers kan verbeteren, welke opportuniteiten er zijn, en die met twee handen te grijpen. Het is niet omdat er een spoorwegbrug wordt heraangelegd dat er niet kan worden bekeken of er in één moeite een fietspad langs kan komen. Zonder fietstoets wordt daar niet bij stilgestaan.
Ook een gebrek aan ambitie stuit de Fietsersbond tegen de borst. Als we horen dat pakweg De Sterre nu “toch veiliger is geworden voor fietsers”, dan hoor je eigenlijk een gebrek aan ambitie. Een extreem onveilige situatie iets minder onveilig maken is geen goed fietsbeleid. Fietsers wordt vaak nog gewoon lippendienst bewezen, en dan blijft het maar wat rommelen in de marge – en wat betreft fietsinfrastructuur mag je die “in de marge” letterlijk nemen. Winfried noemt ze “zure zoethouders”: de fietsbeweging kan inpakken omdat ze nu toch eindelijk eens blij moet zijn, de heraanleg is toch gebeurd?
Wat moet de prioriteit zijn van het Gentse stadsbestuur? “Er moet een ambitieus mobiliteitsplan komen voor de volgende 10 à 15 jaar, en een jaarplanning om dit plan in te vullen. Alle fietsinfrastructuur moet 100% voldoen aan de eisen van het Vademecum Fietsvoorzieningen (waarin richtlijnen staan voor de aanleg van fietsinfrastructuur, EVE). Maar eigenlijk zouden we in Gent fietsinfrastructuur moeten aanleggen die veel verder gaat dan dit Vademecum, en gebaseerd is op internationale lichtende voorbeelden”.

En hoe Winfried en Jan Gent zien binnen pakweg 20 jaar? Voorspelbaar: “Veel minder auto’s. Veel meer ruimte voor de fiets. En veel meer fietsers natuurlijk, uit alle lagen van de bevolking. Openbaar vervoer en fiets die mooi op elkaar afgestemd zijn.”

En we zijn op de goede weg. Veel voorbeelden bewijzen dat. Jan: “Ik vreesde dat de fietsenstallingen aan het nieuwe voetbalstadion niet vol gingen staan bij de eerste match, maar had een uur nodig om het aantal fietsen naast de stallingen ook nog te tellen.” Het massale gebruik van de fiets tijdens de Gentse Feesten geeft de vrijwilligers van de Fietsersbond echt een kick. Het beste moet zeker nog komen…

Dit was het laatste artikel van de Fietsersbond in Frontaal, voortaan gaan we volledig digitaal. Je kan op de hoogte blijven van onze acties en activiteiten, de fietsactualiteit in Gent door deze blog te volgen.

Zondag leesdag: Frontaal (1)

Komende weken kan u op op zondag -leesdag- fietsgerelateerde artikels lezen uit de wintereditie 2012 van Frontaal.

 

Hoogste waarden van black carbon gemeten op de stadsring R40

Vrijwilligers van Gents MilieuFront fietsten de afgelopen zeven weken door Gent met op hun rug een toestel dat black carbon meet. Uit de 23 uur meetgegevens blijkt dat de concentraties van black carbon verhoogd is op plaatsen waar veel gemotoriseerd verkeer is . Black carbon is een goede indicator voor verkeerspollutie. Het wordt voornamelijk uitgestoten door dieselmotoren. Uitstoot van dieselmotoren wordt als kankerverwekkend geklasseerd door de Wereldgezondheidsorganisatie.

VITO beschikt over toestellen om concentraties van black carbon te meten met mobiele metingen. GMF leende van VITO een geavanceerd meettoestel om black carbon te meten. De gebruikte meetmethode werd door VITO ontwikkeld in het kader van het IDEA onderzoeksproject, dat gefinancierd wordt door IWT, het Vlaamse Agentschap voor Innovatie door Wetenschap en Technologie. De samenwerking met GMF had tot doel om het potentieel van de methode te demonstreren aan het brede publiek.

De vrijwilligers van GMF fietsten met het meettoestel op hun rug een vaste route: tussen 8 en 9 uur, een ander traject tussen 14 en 15 uur, en de derde route tussen 17 en 17.30 uur. In totaal leverde dit 23 uur meetgegevens op. Deze meetresultaten zijn door VITO verwerkt tot een kaart met kleurcode. De resultaten laten toe om locaties en tijdstippen te vergelijken.
Hoewel de gebruikte meetmethode experimenteel is, en de data niet helemaal gevalideerd zijn, geven de samengevatte resultaten een goed idee van waaraan de fietsers tijdens hun ritten werden blootgesteld, en hoe dit varieert op verschillende locaties.

De hoogste waarden van black carbon vinden we op alle drie routes terug in de straten met veel gemotoriseerd verkeer; dit effect wordt versterkt door de aanwezigheid van verkeerslichten en hoge gebouwen langs de straat. Met andere woorden straten met veel luchtvervuiling door (diesel)wagens.
De hoogste waarden van black carbon werden bijna allemaal gemeten op R40 (aan de Rooigemlaan, Charles De Kerckhovelaan en de Sint-Lievenspoort). In het gebied binnen de R40 maten we heel hoge waarden op de as Brusselsepoort -Vlasmarkt. De laagste waarden van black carbon werden gemeten in de verkeersvrije zones: de Langemunt , de Graslei, en in de parken. De gemeten black carbon concentraties verschillen sterk van straat tot straat. Bovendien zien we ook merkelijk lagere black carbon waarden op de middag dan tijdens de spitsuren. De hoogste mediaanwaarde ligt bijna zes keer hoger dan de laagste.
Opvallend is de snelle daling van de waarden van black carbon als je van de R40 het Citadelpark binnenfietst. Centraal in het park dalen de meetresultaten tot de laagste waarden.
Een ander fenomeen dat we waarnemen is dat de waarden van black carbon hoog zijn in zogenaamde street canyons. Dat zijn smalle straten met hoge gevels waar ook relatief veel verkeer is. Een goed voorbeeld van zo’n street canyon is de Keizer Karelstraat.
Verhoogde black carbon waarden meten we als fietser ook wanneer het fietspad dicht bij de weg ligt. Een vrijliggend fietspad met tussen de rijbaan en het fietspad een rij geparkeerde wagens geeft een beter resultaat dan wanneer het fietspad paalt aan de weg.
Een andere belangrijke conclusie van GMF is ook dat de huidige toestand van onze luchtkwaliteit wellicht niet correct wordt weergegeven.
Het enige meetstation voor luchtkwaliteit in Gent staat in het Baudelopark. Daar wordt onder andere fijn stof en black carbon gemeten. Voor fijn stof is de Europese grenswaarde van 50 microgram/m³ (op 23/11) in 2012 al 37 keer overschreden.
Met ons black carbon meettoestel passeerden we ook aan het meetstation van het Baudelopark. In het Baudelopark was de mediaanwaarde van black carbon voor alle metingen 2,1 microgram/m³. Op drukke plaatsen in de stad liep deze waarde (vb op de ring) op tot meer dan 12 microgram/m³. Bijna zes keer zoveel dus. De meter in het Baudelopark meet dus vooral de achtergrondconcentratie van black carbon en dus waarschijnlijk ook van fijn stof. Daarom pleit GMF om continue en zichtbare luchtkwaliteitsmeters te plaatsen op drukke verkeersknooppunten.
Daaruit zal wellicht blijken dat de toestand van de luchtkwaliteit in Gent nog slechter is dan tot nu toe wordt aangenomen.

Dat fijn stof gezondheidseffecten heeft is al langer bekend. Op basis van verschillende studies besluit o.a. het Europees Centrum voor Milieu en Gezondheid van de Wereldgezondheidsorganisatie dat black carbon een betere indicator is voor gezondheidseffecten van verkeersemissies dan de totale fijn stofhoeveelheid. Dieselwagens zijn de belangrijkste bron van black carbon.
De Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) klasseerde recent uitlaat van dieselmotoren als kankerverwekkend. Recent is de aandacht voor black carbon sterk toegenomen. Er zijn nog geen (inter)nationale grenswaarden voor black carbon bepaald, maar na de uitspraak van de WHO moeten politici in actie komen. Black carbon staat bovendien internationaal in de belangstelling omdat ze een bijdrage levert aan de klimaatopwarming, vooral in alpiene en arctische gebieden.

Gents MilieuFront verbindt aan deze resultaten een aantal beleidsconclusies, die in heel wat gevallen teruggaan op acties die al zijn opgenomen in het Gentse luchtkwaliteitsplan (2010-2015), waar nog heel wat acties dode letter gebleven zijn. Het nieuwe bestuursakkoord staat ook vol van ambities. We hopen dat de stad ingrijpt om de luchtkwaliteit in onze stad aan te pakken.

gmf

Zondag leesdag

Zondag leesdag , bent u er klaar voor?
Hieronder het artikel dat Fietsersbond Gent aanleverde voor Frontaal, winter 2012.

NIEUW BESTUURSAKKOORD GETOETST AAN 10 PUNTEN VAN FIETSERSBOND

Begin oktober lanceerde Fietsersbond Gent een 10puntenplan, met de vraag om dit te vertalen in het nieuwe bestuursakkoord. Hieronder de 10 punten met daarbij de zinnen uit het bestuursakkoord die ermee verband houden. Oordeel zelf of je genoeg ambitie in ziet? Of bewaar je dit voor de verkiezingen in 2018? Opgelet: het is “droge kost”. Traag lezen helpt.

Punt 1 – Een integraal fietsbeleid via alle stadsadministraties en vergunningen, met algemene toepassing van het STOP-principe en de Fietstoets, bijvoorbeeld een degelijk fietsstallings- en fietsbereikbaarheidsbeleid bij alle school-, sport- en cultuurinfrastructuur, en alle stadsontwikkelingsprojecten.

Bestuursakkoord – … Om die groeiende verkeersdruk te keren moeten we kiezen voor een stadsvriendelijke mobiliteit waarbij het openbaar vervoer, de fiets en voetganger centraal staan volgens het STOP-principe (Stappen, Trappen, Openbaar Vervoer, Personenwagen). Dat is noodzakelijk om voor iedereen een leefbare woonomgeving en een vlotte bereikbaarheid van de hele kernstad en andere woonkernen te garanderen.

Ontbreekt – Het begrip Fietstoets komt nergens aan bod.

Punt 2 Een nieuw mobiliteitsplan steunend op het STOP-principe i.p.v. het huidige én-én beleid.

OntbreektNergens is sprake van een nieuw mobiliteitsplan.

Punt 3 – Duidelijke, dwingende minder-hinder-richtlijnen bij werven op de openbare weg

(Nederlandse en Deense voorbeelden), met engagement voor werfcontroles.

Bestuursakkoord – …omleidingen moeten beperkt, duidelijk aangeduid en verkeersveilig zijn voor automobilisten, fietsers en voetgangers. Ook de toegankelijkheid van woningen, bedrijven en handels- en horecazaken moet gegarandeerd blijven. Door een betere coördinatie van de werken via de ‘Minder-hinder-cel’, wordt mobiliteitsimpact van werken maximaal beperkt. We gebruiken hierbij, naast duidelijke en afdoende signalisatie op en rond de werf, ook nieuwe technologie, zoals apps, automatische GPS-updates, dynamische verkeersgeleiding en sociale media. Via de website moet iedereen een overzicht van de werken, de omleidingen, de te verwachten hinder en alternatieve routes kunnen opvragen en downloaden.

Punt 4 – Een uitbreiding van de fietsbrigade van de politie, met focus op verkeersveiligheid op fietsassen en rond wegenwerven.

Bestuursakkoord – …Verkeersveiligheid handhaven, betekent o.m. doorgedreven snelheidscontroles onder meer in de zones 30, controles op fietsverlichting, parkeren op fietspaden, e.d.m. We sensibiliseren omtrent asociaal rijgedrag en doen gerichte acties. Geen woord over de fietsbrigade.

Punt 5 – Integraal zone 30 binnen de stadsring R40, en op andere plaatsen een herziening van de bestaande snelheidsregimes. Momenteel geldt bijvoorbeeld 70 kilometer per uur op smalle plattelandswegen.

Bestuursakkoord – …Verkeersveiligheid is een prioriteit. Daarom wordt de hele binnenstad binnen de R40 zone 30, met inbegrip van de Brugse Poort en de wijk Rabot, met uitzondering van de as Nieuwe Wandeling-Tolhuis. Daarenboven wordt de zone 30 ook uitgebreid tot alle woonstraten en wijkverzamelstraten buiten de R40.

Punt 6 – Het stimuleren van fietsassen (zoals de Visserij) door het knippen van autosluiproutes met 21ste eeuwse technologie.

Bestuursakkoord – …Waar veel fietsers voorbijkomen kunnen fietsstraten – straten met voorrang voor de fietsers – worden overwogen….De missing links in het (hoofd)fietsroutenetwerk worden versneld uitgevoerd, en waar nodig met ongelijkgrondse kruisingen. Het gaat daarbij o.m. om :

– De fietsas van Coupure Links tot aan de Trekweg. Langs de Coupure Links wordt de fietsas omgebouwd tot een fietsstraat met toegangsverkeer beperkt tot de omwonenden.

– De as Baudelookaai-Koepoortkaai wordt een aangename, veilige fietsroute tussen St.-Jacobs en St.Anna.

– De heraanleg van de Bisschopstraat en de Franse Vaart tot een veilige fietsroute. 

Punt 7 – Inzet voor fietsappreciatie en verkeerseducatie (rechten en plichten).

Bestuursakkoord – …Er komen meer stimulerende voorlichtings- en sensibiliseringsacties naar fietsgebruik. Zo blijft Gent meedoen met de campagne ‘Met belgerinkel naar de winkel’ en stimuleert op die manier zo veel mogelijk mensen om hun boodschappen met de fiets te doen. Daarnaast zet de Stad Gent projecten op om jongere en oudere Gentenaars (beter en veiliger) te leren fietsen… verder gerichte sensibiliseringsacties rond verkeersveiligheid, i.s.m. mobiliteitsorganisaties en met de buurten en de wijken (inwoners, werknemers, handelaars, …).

Punt 8 – Een actieplan met de Lijn voor een conflictvrij samenleven van tram en fiets.

Bestuursakkoord – …Er wordt voldoende plaats voor fietsers voorzien, zeker in straten met een druk  woon-schoolverkeer. Kasseien tussen tramsporen worden zoveel mogelijk vervangen door een verharding die comfortabel is voor fietsers en voetgangers.

Punt 9 – Het plaatsen van voldoende fietsenstallingen in alle woon- en winkelstraten, en de inzet van autoparkeergarages voor fietsstallingen.

 Bestuursakkoord – … Er komen voldoende veilige fietsenstallingen (onder meer fietstrommels) in woonwijken, bij winkelcentra, culturele en recreatieve infrastructuur en bij administratieve diensten. Op de drukst bezochte plekken zijn deze stallingen overdekt. …Elke parking (zeker bovengronds maar in principe ook ondergronds) is ook voorzien van een parkeerruimte voor fietsers en van bredere plaatsen voor jonge ouders. …Alle nieuwe meergezinswoningen moeten over twee fietsplaatsen per slaapkamer beschikken.

Punt 10 – Een spinnenweb van fietsroutes met bewegwijzering conform de provincie Oost-Vlaanderen. Alle randgemeentes zijn via veilige wegen met elkaar en met het centrum verbonden voor fietsers, en Gent takt aan op de buurgemeentes.

Bestuursakkoord – … een doorgedreven uitbouw van een fijnmazig en veilig fietsnet met als doel alle belangrijke voorzieningen, scholen, stations en recreatieve plekken veilig per fiets bereikbaar te maken. …een netwerk van snelfietspaden voor veilige verbindingen op lange afstand tussen het centrum, de wijken, de haven en de voorstadskernen. …Het bestaande fietsroutenetwerk wordt aangevuld met radiale netwerken die de twee hoofdstations als bestemming hebben (Gent Sint-Pieters en Dampoort). Daardoor krijgen de verschillende wijken veilige fietsassen naar die stations. Een voorbeeld daarvan is de verbinding van Ledeberg naar Gent Sint-Pieters (met onder meer Stropbrug – Burggravenlaan)

 

Schade!

Dit artikel van Fietsersbond Gent verscheen ook in Frontaal, zomer 2012

Je kent het allemaal wel: verkeerd ingerichte fietsinfrastructuur, van wielgevaarlijke fietsrekken tot paaltjes waar je nauwelijks langs kan en fietstunnels met rechte hoeken. Fietsers met een erg goed geheugen zullen zich misschien nog wegenwerven herinneren met een aangepaste signalisatie (er zijn er in Gent de afgelopen tien jaar zeker twee of drie geweest) maar de miserie aan Gent Sint-Pieters is gewoon een groteske uitvergroting van de dagelijkse praktijk. Gevaarlijke toestanden waarbij niet elke fietser zonder kleerscheuren wegkomt zijn er overal. Het is duidelijk dat niet iedereen het even nauw neemt met de veiligheid en het comfort van de fietser.

Eis je recht op
Fietsers maken veel te weinig van hun neus en dat is een van de redenen waarom weg- en werfbeheerders veel te weinig rekening houden met fietsers. Er zijn al vele tientallen fietsers gevallen in de Clementinalaan door de gladde gootjes, met schade en verwondingen tot gevolg. Ik denk niet dat de wegbeheerder al één eis tot schadevergoeding heeft gekregen. Voor zover de schadeteller loopt is het fietspad in de fototunnel ongetwijfeld veilig en daar zijn zeker al ongevallen gebeurd.
Een mail met een opmerking, daar komt het nog wel van (de eerste mail over de Clementinalaan is overigens al verstuurd voor de straat af was. Kijk maar eens hoeveel dat geholpen heeft). Maar een echte eis in de juridische zin, met de vaststelling dat de fietser een welbepaald bedrag eist wegens nalatigheid van een verantwoordelijke? Zo nu en dan lees je wel in de krant hoeveel duizenden automobilisten er dit jaar al zo’n eis tot schadevergoeding hebben ingediend, voor fietsers heb ik nog nooit zoiets gehoord.

Loont het wel?
Tenzij je veel schade hebt of zwaar gewond bent is zo’n klacht ook niet de moeite waard: ga je voor vijftig euro (niet eens zeker dat je ze terugkrijgt) een hele administratieve rompslomp op je nemen? Niet dus.
De vraag in hoeverre je de overheid verantwoordelijk kan stellen voor gebrekkig onderhoud of –niet onbelangrijk voor fietsers– voor manifeste ontwerpfouten in de infrastructuur is de vraag tot hoever je wil gaan. Om je verhaal juridisch hard te maken moet je onmiddelijk als je schade hebt de politie oproepen om een p.v. van het gebeurde op te maken en moet je wachten met je reparatie (gelukkig niet met medische behandeling als je gewond bent) tot de wegbeheerder in staat is de schade zelf in te schatten. Voor dat laatste: als je fiets onbruikbaar is en de reparatie aansleept heb je recht op een dagvergoeding. Ik meen mij te herinneren dat die voor een gewone fiets een paar jaar geleden zo’n 7 euro bedroeg. Dat geeft je toch een wapen om de wegbeheerder aan te zetten zich te haasten: ruim 200 euro per maand is niet niks. Als de schuld van de wegbeheerder manifest is zal die de zaak in der minne regelen. Maar de idee dat infrastructuur wel eens de oorzaak van een ongeval met een fietser zou kunnen zijn is in België allesbehalve ingeburgerd. Als je een proces moet beginnen ben je helemaal vertrokken. Zelfs met een goede rechtsbijstandsverzekering mag je je verwachten aan een aantal brieven met de vraag om nog maar eens uit te leggen wat er gebeurd is, of om de juiste facturen en bestekken binnen te leveren …

Schadevergoeding als actiemiddel
Daarmee zitten we in een vicieuze cirkel: fietsers klagen niet omdat het toch niets oplevert, want schade aan fietsen en fietsers wordt niet serieus genomen, en schade aan fietsen en fietsers wordt niet serieus genomen want fietsers klagen niet.
Een vrouw uit Utrecht kreeg 50 euro schadevergoeding nadat haar fiets door de overheid was weggehaald op een manier die niet overeenkwam met het reglement. Dit leidde er ongetwijfeld toe dat men in Utrecht –en waarschijnlijk in heel Nederland– voorzichtiger is geworden met het weghalen van fietsen. Klagen helpt dus wel. Eèn opmerking daarbij: als je “schadevergoeding wegnemen fiets Utrecht” googlet dan krijg je berichten die beweren dat de schadevergoeding 1000 euro bedroeg. Dat klopt niet: de schadevergoeding was 50 euro, de andere 950 euro dienden om de gerechtskosten te dekken. Die verhouding alleen al geeft aan hoe moeilijk het is om je recht te halen. De dame in kwestie verdient dan ook een standbeeld: de vijftig euro die ze kreeg is een wel erg schamele vergoeding voor alle moeite die ze heeft gedaan, maar je kan in Utrecht nu wel veel geruster je fiets kwijt, ook als er te weinig stallingen zijn.

Ook in Gent is er een reglement op het wegnemen van fietsen en het is heel waarschijnlijk dat het met voeten getreden wordt. Aan het station Gent-Sint-Pieters, bijvoorbeeld, wordt volgens de website van het project elke fiets die naast de rekken staat als gevaarlijk bestempeld, wat onzin is. Het is dus nog wachten tot ook wij een Utrechtse Dame krijgen voor dat wordt opgelost.

De fietser na jou
Voorlopige conclusie: je recht halen is moeilijk en duur. Maar proberen je recht te halen kan er voor zorgen dat de fietser na jou niet in gevaar wordt gebracht door een put in de weg of een gevaarlijke hoek in een fietstunnel op een terrein met een IKEA-winkel. Ik pleit dan ook voor een `light’ procedure. Juridisch niet sluitend, maar wel de aandacht trekkend op het probleem. Meld je schade aan gentinfo@gent.be, met een ingescande factuur, bestek of doktersrekening. De rekeningen heb je toch, de mail is een kleine moeite. Gentinfo zoekt wel uit voor wie de mail bedoeld is. Vraag niet of er iets aan te doen is: zeg rechtuit dat de wegbeheerder verantwoordelijk is en dat je een schadevergoeding verwacht. Op die manier moeten zij argumenteren waarom dat niet zo is en komen zij er niet vanaf met de redenering dat fietsers per definitie nooit een schadevergoeding krijgen. Met een beetje geluk krijg je je kosten terug. Maar zelfs al is dat niet zo: als iedereen doet zoals jij maken we meer kans dat reële problemen eindelijk opgelost geraken. Doen!

%d bloggers liken dit: